mazelen

mazelen: 10 praktische tips & nuttige informatie

Wat zijn de mazelen

Mazelen worden veroorzaakt door het mazelenvirus. De Latijnse en medische naam voor mazelen is rubeola. De besmetting vindt plaats via druppeltjes die met hoesten en niezen worden verspreid. Het is een zeer besmettelijk virus: één besmet kind steekt minstens tien andere kinderen aan. De periode tussen het tot stand komen van de besmetting en het optreden van de eerste ziekteverschijnselen (incubatietijd) ligt tussen de acht en veertien dagen, met een gemiddelde van tien dagen.

Mazelen treden op in twee fasen. De eerste fase van de ziekte begint met symptomen die lijken op stevige griep of verkoudheid (snotteren, hoesten, koorts, ontstoken ogen). In deze eerste fase is het virus het meest besmettelijk. Na één tot twee dagen kun je aan de witte vlekjes met een rode stip aan de binnenkant van de wangen herkennen dat het mazelen betreft. Dan ontwikkelt zich de tweede fase. Een aantal dagen later verschijnen er vlekken op het gezicht, in de nek en de hals en na verloop van tijd is de huid bijna egaal rood. De huiduitslag veroorzaakt heel veel jeuk.

Mazelen kunnen zeer ernstige complicaties opleveren. Lees hier meer over in tip 6. Omdat sommige patiënten overlijden, is de kinderziekte opgenomen in het Nederlandse Rijksvaccinatieprogramma dat wordt uitgevoerd door de Jeugdgezondheidszorg.

De behandeling

Er is geen specifieke behandeling voor mazelen. Als je het vermoeden hebt dat je kind mazelen heeft, kun je het best direct naar de huisarts. De arts kan de juiste diagnose stellen. Wanneer het een besmetting met het mazelenvirus betreft, zal hij waarschijnlijk een antibioticakuur voorschrijven. Antibiotica kan helpen tegen het bestrijden van een bijkomende bacteriële infectie. Je kunt je kind het beste goed laten uitrusten. Zorg voor een aantal dagen bedrust en laat de televisie uit. Het licht van de televisie is niet prettig voor de ogen die waarschijnlijk ontstoken zullen zijn. Houdt de slaapkamer dan ook bij voorkeur zo donker mogelijk.

Het hoesten en de verkoudheid kun je verminderen door middel van hoestdrank of speciale thee. Ventileer de slaapkamer goed. Laat liever geen vriendjes langskomen, en alleen als ze tegen de mazelen zijn ingeënt. Heeft je kind geen vaccin gekregen, overweeg het dan om het alsnog te doen. Het vaccin beschermt eveneens tegen de bof en de rode hond.

Besmetting voorkomen

Mazelen komen over de hele wereld voor. Meestal dient het zich aan in de vorm van epidemieën. In Nederland kwam er voor de invoering van de vaccinatie tegen mazelen jaarlijks een grote epidemie voor. Na 1976, toen het vaccin werd opgenomen in het Nederlandse Rijksvaccinatieprogramma ontstonden er alleen nog epidemieën onder de niet-gevaccineerden.

Er zijn verschillende redenen waarom men zich niet laat vaccineren. Bijvoorbeeld om religieuze of om antroposofische redenen. In 1999/2000 was er een Nederlandse epidemie die bijna een jaar duurde. Ruim 3300 personen waren besmet met het mazelenvirus, waarvan 95 procent niet was gevaccineerd. Zeven procent van de gevallen kreeg middenoorontsteking als complicatie. Vijf procent kreeg te maken met longontsteking. Drie personen overleden ten gevolge van mazelen.

Besmetting kun je alleen goed voorkomen door vaccinatie. Lees hier alles over in tip 8. Wanneer je niet bent ingeënt tegen mazelen of je hebt geen antistoffen in je lichaam omdat je zelf de mazelen hebt gehad (wat vooral geldt voor personen die voor 1970 geboren zijn), is het risico erg groot dat je alsnog besmet raakt. Hygiëne helpt niet voldoende om de besmetting tegen te gaan.

Wanneer bij een patiënt mazelen wordt geconstateerd, dient zijn of haar hele omgeving naar vaccinatiestatus worden onderzocht. Onbeschermde kinderen moeten direct een vaccinatie aangeboden krijgen. Contact met een mazelenpatiënt moet zoveel mogelijk worden vermeden. Dat geldt in het bijzonder voor personen met verhoogde kans op complicaties (zie tip 6).

Complicaties

Mazelen is een ziekte die veel complicaties kent. Deze komen relatief ook veel voor. De complicaties worden vooral veroorzaakt door het mazelenvirus, maar ook door een infectie, veroorzaakt door bacteriën. De meest voorkomende complicatie is middenoorontsteking. De kans op een middenoorontsteking is erg groot, 5 tot 10 procent van de patiënten krijgt ermee te maken. Deze aandoening wordt veroorzaakt door bacteriën die een superinfectie teweeg brengen.

Een andere veel voorkomende complicatie is longontsteking. Eén tot vijf procent van de patiënten krijgt dit. Bij één op de duizend patiënten leidt mazelen tot een acute hersenontsteking met blijvende hersenschade of de dood tot gevolg. Hoe ouder de patiënt, hoe groter de kans op een ernstige complicatie met een dodelijke afloop. Mazelen is daarnaast ook vooral gevaarlijk voor baby’s onder de leeftijd van één jaar. De kans is vrij klein dat zij een longontsteking die door het mazelenvirus veroorzaakt is overleven.

Een gevaarlijke, zij het zeldzame, complicatie dat door het mazelenvirus wordt veroorzaakt, is een ontsteking van de hersenen. Het is een langzaam ontwikkelende, zich in de hersenen bevindende mazeleninfectie. Je merkt er pas jaren later wat van. Opeens ontstaan er gedragsafwijkingen en neurologische symptomen. Deze aandoening loopt altijd fataal af, er is geen behandeling voor. Voor de mazelenvaccinatie stierven jaarlijks tien tot vijftien personen aan deze aandoening (veroorzaakt door het mazelenvirus).

In ontwikkelingslanden heeft mazelen over het algemeen een ernstig verloop. Ondervoede kinderen lopen veel risico op ernstige complicaties. Er sterven jaarlijks 5 tot 10 procent aan de complicaties die het mazelenvirus heeft veroorzaakt. In sommige gebieden is het percentage zelfs nog hoger.

Mazelen Europa uit

De Wereldgezondheidsorganisatie wil mazelen per 2010 Europa uithebben. Dat zou moeten lukken, als alle Europese landen hun vaccinatiepercentage op het juiste peil krijgen. Het doel om mazelen Europa uit te bannen is dus realiseerbaar.

Met inentingen zijn mensen levenslang beschermd tegen het virus dat de ziekte mazelen met de nodige complicaties verspreid. Helaas hebben nog niet alle Europese landen de vaccinatie onder controle. Lokale epidemieën blijven de kop opsteken. Hiermee is de doelstelling van de Wereldgezondheidsorganisatie nog niet haalbaar.

Vaccinatie is de enige manier om besmetting tegen te gaan. Niet iedereen is gediend van de vaccinatie. In 1999/2000 brak in Nederland ondanks de vaccinaties een epidemie uit. Er werden 150 kinderen in het ziekenhuis opgenomen. Drie van die kinderen overleden. De Wereldgezondheidsorganisatie streeft er naar 95 procent van de bevolking van een land twee keer te vaccineren. Dat is de minimumeis om de mazelen uit Europa te bannen. Uit onderzoek van het EUVAC, de Europese toezichthouder op het gebied van infectieziektes, blijkt dat het merendeel van de Europese landen de vereiste 95 procent niet zal halen.

Voor Nederland is het gewenste percentage van 95 procent ook lastig. Er woont in Nederland een relatief grote groep mensen die uit religieuze overwegingen geen inentingen nemen. Hierdoor blijft er kans op het uitbreken van het virus bestaan, en kunnen lokale gevallen wederom uitlokken tot epidemieën.

Mazelen en zwangerschap

Wanneer je een kinderwens hebt en je hebt geen BMR-vaccin gekregen en je hebt geen antistoffen tegen het mazelenvirus, kun je alsnog om een vaccin vragen ter preventie van een mogelijke besmetting. Wanneer je een vaccin hebt gekregen, moet je minimaal drie maanden wachten met het zwanger worden.

Volwassenen die met het mazelenvirus worden besmet, hebben een ernstiger ziekteverloop dan kinderen. De koorts kan bijvoorbeeld erg hoog zijn. Hoge koorts kan weeën en dus een vroeggeboorte opwekken. Het is daarom belangrijk de koorts naar beneden te krijgen. Ook kunnen er verschillende complicaties optreden. Wanneer je het vermoeden hebt dat je besmet bent geraakt met het mazelenvirus moet je daarom meteen de huisarts raadplegen. Het is niet bekend of mazelen afwijkingen kunnen veroorzaken bij de ongeboren baby.

Vermijd tijdens de zwangerschap alle contact met kinderen die mazelen hebben. Gelukkig komt het in Nederland niet veel meer voor, dankzij het vaccinatieprogramma. Maar ben je toch tegen een besmettingsgeval aangelopen, dan zal de arts uit voorzorg immuun serum globuline toedienen. De globuline dient bij voorkeur binnen 72 uur na het contact te worden gegeven. Is het contact meer dan zeven dagen gelden, dan kan de globuline minder effectief zijn.

Wanneer de baby pas geboren is, moet je alle contact met besmettelijke mazelenpatiënten dringend vermijden. Een besmetting kan voor een baby levensgevaarlijk zijn, vooral wanneer complicaties leiden tot een longontsteking. In 27 procent van de gevallen leidt een besmetting tot de dood. Heb je zelf vlak voor of na de geboorte een besmetting opgelopen dan is het ook belangrijk om de baby te beschermen. De baby zal immuun serum globuline worden gegeven.

Risicogroepen

Een aantal personen hebben een verhoogd risico als zij besmet raken met het mazelenvirus:

Pasgeborenen

Kinderen onder de leeftijd van één jaar, en met name pasgeborenen van niet-immune moeders, hebben een verhoogde kans op ernstige complicaties. Voor deze groep kan de ziekte een dodelijke afloop inhouden.

Volwassenen

Hoe hoger de leeftijd van de volwassene is, hoe meer complicaties kunnen optreden.

Zwangeren

Mazelen kan de ongeboren vrucht niet aantasten. In zeldzame gevallen kan mazelen echter wel een vroeggeboorte of spontane abortus veroorzaken.

Immuno-incompetente kinderen

Kinderen die een verminderde weerstand hebben, vanwege een infectie met hiv of de ziekte leukemie, zijn vatbaar voor ernstige complicaties als zij besmet raken met het mazelenvirus. De ziekte kan fataal zijn voor kinderen die worden behandeld met cytostatica (geneesmiddelen ter bestijding van kanker).

Ondervoede kinderen

Kinderen uit ontwikkelingslanden kunnen door besmetting ernstige complicaties krijgen. Zij zijn extra vatbaar voor huidinfecties, diarree (wat uitdroging veroorzaakt), hoornvliesontsteking en blindheid. Ongeveer 5 tot 10 procent van de kinderen overleeft het mazelenvirus niet.

Vaccin tegen mazelen

In Nederland is sinds 1976 een vaccin tegen mazelen opgenomen in het Rijksvaccinatieprogramma. Sindsdien is het aantal sterfgevallen en zieken spectaculair gedaald. Het vaccin bestaat uit een levend verzwakt vaccin. Het geeft bij meer dan 95 procent van de ingeënte personen bescherming. Het vaccin is onderdeel van het combinatievaccin BMR. Met één prik worden de kinderen beschermd tegen de bof, mazelen en rode hond.

Het vaccin wordt aan kinderen van 14 maanden en 9 jaar toegediend, onderhuids in de bovenarm. Samen met de BMR-inenting krijgt het kind ook een prik tegen meningokokken C. De tweede BMR-inenting wordt samen met de DTP-prik gedaan. De twee BMR-inentingen zorgen voor een levenslange bescherming tegen mazelen.

Het vaccin kan bijwerkingen hebben. Deze bijwerkingen presenteren zich ongeveer vijf tot twaalf dagen na de inenting. Een aantal kinderen wordt na de eerste BMR-prik hangerig en sommigen krijgen koorts of huiduitslag. Dit duurt hooguit één tot twee dagen. In een enkel geval is er sprake van hoge koorts en heftige huiduitslag. Hele hoge koorts kan gepaard gaan met koortsstuipen. Zeer zelden krijgen kinderen gewrichtsklachten, maar dit komt meer voor bij volwassenen die zich laten inenten. Bij volwassenen volstaat overigens één inenting. Bij de tweede BMR-prik zijn er minder klachten bekend.

In een aantal gevallen mag de arts geen BMR-prik geven. Het wordt bijvoorbeeld niet gegeven aan patiënten met een verminderd afweersysteem door ziekte of bepaalde medicijnen, zwangeren, of personen met overgevoeligheid voor bestanddelen in het vaccin. Kinderen onder de zes maanden worden in beginsel ook niet gevaccineerd, tenzij er om gezondheidsredenen aanleiding toe is.

Waarom niet vaccineren

In Nederland is het niet verplicht je te laten vaccineren tegen kinderziektes als de bof, mazelen en de rode hond. Sommige mensen maken dan ook gebruik van hun recht dit niet te doen. Er kunnen verschillende redenen voor zijn.

Geloof

Protestants-christelijke groeperingen wijzen vaccinatie af omdat zij het strijdig vinden met hun geloof in Gods voorzienigheid.

Antroposofische overtuiging

In de antroposofie vindt men dat kinderziekten deel uitmaken van de ontwikkeling van het kind. Men staat niet geheel afwijzend tegenover vaccinatie, maar alleen in het geval van ernstige ziekten. Mazelen vallen daar niet onder, maar rode hond weer wel.

Contra-indicaties

Er kunnen medische redenen zijn om de vaccinatie uit te stellen. Zwangerschap, ernstige stoornissen in het afweermechanisme, bloedtransfusie en behandeling met gammaglobuline kunnen contra-indicaties zijn. Het is een misverstand dat het vaccin niet geschikt is voor kinderen met een allergie voor kippeneiwit.

Gezondheid

Er zijn mensen die vinden dat de bijwerkingen uit de vaccinaties niet opwegen tegen de bescherming. Er is veel nader onderzoek gedaan naar mogelijke bijwerkingen. In 1998 beweerde Andrew Wakefield dat er een verband bestond tussen autisme en de BMR prik. Het is inmiddels gebleken dat deze veronderstelling niet juist is. Uit een Deens onderzoek dat in 2002 plaatsvond onder 500.000 kinderen werd geen enkel verband gevonden tussen autisme en vaccinatie. Ook een verband tussen vaccinatie en het veroorzaken van de ziekte van Chohn, collitis, atopie en chronische gewrichtsklachten is wetenschappelijk niet bewezen.

Kritische ouders

In 1994 is de Nederlandse Vereniging Kritisch Prikken (NVKP) opgericht door verontruste en kritische ouders, die vonden dat er veel te veel vaccinaties al op jonge leeftijd plaatsvinden. Zij streven naar een betere voorlichting over de vaccinaties, vooral ten aanzien van de risico’s van ziekten en vaccinaties. Meer informatie over deze vereniging vind je op de eigen website.

Ziekteverloop

Mazelen begint met een plotseling gevoel van onbehagen, gevolgd door koorts, ontsteking van het oogbindvlies, verkoudheid en hoesten. Medici noemen dit de prodomale periode. De koorts neemt in de loop van de tweede en derde dag toe, tot meer dan 39 graden. Dan volgt de fase waarin de huiduitslag zich openbaart (de exanthemateuze fase). Er zijn inmiddels drie tot zeven dagen verstreken. Achter de oren en langs de haargrens ontstaat een grofvlekkige huiduitslag, dat zich binnen drie dagen uitspreidt naar gezicht, nek, borst en romp. Na enkele dagen verbleekt de uitslag.

Aan het begin van de uitslag ontstaan op het mondslijmvlies kleine witte vlekjes, Koplikse vlekjes genaamd. Deze vlekjes duiden op het typische ziektebeeld van mazelen. De vlekjes verdwijnen binnen enkele dagen.

Mazelen kan ieder kind krijgen dat er niet tegen ingeënt is, of dat zelf geen antistoffen heeft aangemaakt. De mazelen kunnen in een milde of hevige vorm verschijnen. Heel jonge kinderen die nog de antistoffen van de moeder krijgen (bijvoorbeeld via moedermelk) kunnen een milde vorm van mazelen krijgen. De koorts, het hoesten en de ontsteking aan het oogbindvlies zijn minimaal of niet aanwezig. Ook de Koplikse vlekjes kunnen in gering aantal of helemaal afwezig zijn. De huiduitslag is er echter wel en begint ook achter de oren en verspreidt zich in drie dagen over de andere delen over het lichaam. De vlekken vloeien echter niet samen tot één geheel.

Tips & Reacties

Deel je eigen tip over mazelen

En maak kans op een cadeaubon ter waarde van € 25!